Galibi en zijn reuzeschildpadden
Blijf op de hoogte en volg Annemiek
18 Februari 2016 | Suriname, Galibi
Nadat we onze weg vervolgden kwamen we aan in Moiwana, waar we even stil stonden bij een monument. Op 29 november 1986 zocht Desi Bouterse Ronnie Brunswijk, die zich zou verstoppen in Moiwana. De dorpelingen begonnen te schieten, waarna er door een militair commando 39 dorpelingen werden doodgeschoten. Daarna is er een binnenlandse oorlog ontstond tussen het Nationale leger en het Jungle Commando. Het monument stelt de slachtoffers voor. Het dorp is nagenoeg leeg gebleven.
Ons eindpunt met de bus is Albina, dit plaatsje ligt aan de Marowijne, een brede rivier die Suriname van Frans-Guyana scheidt. Het dorp oogt grimmig, de straten zijn vies en rommelig en de inwoners kijken argwanend naar jou als voorbijganger of sissen iets in je oor: wiet kopen? Geld wisselen? Boot huren? Enige tijd geleden durfde zelfs de Surinamers niet in Albina te komen. Overal staan kruiwagens, marktkooplui en hangen mensen op de stoepen of aan de kant van het water. Bij het lopen over de markt krijg je af en toe een ferme wietlucht in je snufferd en hoor je hier en daar de geluiden van Bob Marley. Fijn dat we hier niet lang blijven, maar een open boot nemen richting Galibi. Hier kun je alleen per boot naar toe reizen. De rivier is erg wild, hoge golven slaan in je gezicht en in een korte tijd zijn we doorweekt. De boot deint op en neer op het water en lijkt af en toe bijna om te kiepen, zo hoog gaan de golven. Gelukkig hebben we ons verpakt in vuilniszakken, zodat we een beetje droog aankomen.
Galibi heeft een prachtig strand, palmbomen en mangobomen staan aan de kustlijn. Overal liggen vissersbootjes en de gieren springen blij op en neer wanneer wij ons door het hete zand een weg ploeteren naar ons verblijf in het indianendorp. Hier wonen 800 indianen, die je amper ziet. Zij zijn, zoals een man verteld, erg rustig en op zichzelf. Na ons geïnstalleerd te hebben maken we een dorpswandeling en doen een souvenierwinkel aan. Hier liggen sieraden gemaakt door de vrouwen uit het dorp. Aan ieder sieraad hangt een naam en prijs. De opbrengst gaat naar de vrouw zelf. Na het avondeten dat speciaal voor ons wordt gekookt, gaan we even slapen.
Om half 12 in de avond maken we ons gereed om weer in de boot te stappen. Gelukkig schijnt de maan behoorlijk, dus is het niet zo pikkedonker. Weer onze vuilniszak aan, ook deze keer is de rivier en het stukje zee waar we over gaan, erg wild, maar nu krijgen we er af en toe ook een regenbui bij. De gids speurt bij aankomst van het strand de kust af op sporen van de reuzeschildpad die aan land is gegaan. Al snel vinden we een spoor en gaan we aan land. We moeten stil zijn, alle lampen gaan uit want je mag de schildpad tijdens dit proces niet belemmeren. Wanneer we de schildpad vinden zit zij al in trance op haar nest. Ze heeft deze zo diep gegraven als haar aantal eieren dat zij gaat leggen. We kunnen de eieren zien vallen in het nest. Dit duurt een hele tijd. Het is een oude dame, zo verteld de gids, zij is al over de honderd jaar. Na het leggen duurt het dicht maken van haar nest en het goed camoufleren weer heel lang, waarna zij haar nest verlaat en weer vertrekt. De schildpad is een joekel, machtig om dit proces te mogen aanschouwen. Vol adrenaline gaan we weer de boot in, en terug naar ons eigen nest.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley